Veldafmetingen:

- De afstand tussen de thuisplaat en de pitchplaat is 15m (15 passen)

- De afstand tussen de pitchplaat en de drie honken zijn ieder 10m/passen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Posities veldpartij:

Als veldpartij sta je zo opgesteld dat de bal zo snel mogelijk verwerkt kan worden en de kans het grootst is mensen uit te maken.

1 'Pitcher'': als de pitcher de bal in de hand heeft en zijn voet op de pitchplaat is de slagbeurt voorbij. De lopers mogen hun loop afmaken naar het desbetreffende honk maar mogen geen nieuwe loop starten.

2 Catcher. Vlakbij de catcher staat een statief. Statief; de slagman/vrouw mag kiezen om van een statief af te slaan. Indien men vanaf een statief slaat mag de slagman/vrouw  niet verder op schuiven dan het eerste honk.

3 Eerste honkman: bewaakt het eerste honk, bij het eerste honk mag altijd gebrand worden.

4 & 6 tweede honkman en korte stop: deze twee spelers houden het tweede honk in de gaten. Afhankelijk vanuit welke richting de bal komt verdedigt een van de twee het tweede honk en staat de ander klaar om doorgeschoten ballen af te vangen.

5 derde honkman: bewaakt het derde honk

7, 8 & 9 verre velders: deze staan klaar om de ballen die in het verre veld komen zo snel mogelijk terug te gooien naar de honken eventueel via een relay (treintje)

 

De verdedigende partij probeert de slagman/honkloper uit te maken.

Dit kan op verschillende manieren gebeuren; 3- slag, vangbal, uittikken en uitbranden bij een gedwongen loop.

Zodra er twee uitjes zijn gemaakt wisselen de partijen van rol.

 

Wat te doen bij een vangbal:

Als de geslagen bal direct wordt gevangen door de veldpartij is de slagman uit. Als er honklopers zijn die zijn gaan lopen moeten zij terug naar het honk waar ze vandaan kwamen. Dit is dus een gedwongen loop en de veldpartij mag de honklopers uitbranden op het honk waar de honkloper naar terug moet.

 

 

De aanvallende partij moet de goed geworpen ballen in de goede richting slaan (dus binnen de foutlijnen).

De slagman probeert de slag geworpen ballen te slaan. Slaat hij op wijdballen dan wordt dat als slag gerekend. Na het slaan laat hij de knuppel los en rent naar het 1e honk. Na het 1e, 2e en 3e honk te hebben aangeraakt en daarna de thuisplaat heeft de slagman één punt gescoord.

Een homerun telt officieel voor 1 punt. Wordt de "homerunner" echter ontvangen met High Fives door zijn hele team dan mag dit twee punten zijn.

Als de pitcher vier wijd heeft gegooid krijgt de slagman een vrije loop naar honk 1.

De pitcher kan ook drie slag gooien zonder dat de slagman de bal raakt. In dit geval is de slagman uit, als de catcher de bal vangt. Doet hij dit niet dan mag de slagman proberen om het eerste honk te bereiken